Het ontstaan van de Vrijmetselarij
Ondanks het feit dat er veel gedegen onderzoek is gepleegd naar de oorsprong van de Vrijmetselarij, is deze nog steeds in nevelen gehuld. Veel speculatieve verhalen doen de ronde over de herkomst, die soms sterk tot de verbeelding spreken.
Uit verifieerbare bronnen, als het Regius of Halliwell-manuscript, is wel na te gaan dat de wortels van de Vrijmetselarij bij de laat-middeleeuwse bouwcoöperaties uit met name Engeland en Schotland liggen, maar zeer waarschijnlijk ook uit die van Duitsland en Frankrijk.
Het was gewoonte in de middeleeuwen dat een bedrijf geleid werd door een meester, die enkele gezellen en leerlingen onder zich had en hen het vak leerde. Elke meester was verplicht lid te zijn van het gilde waartoe zijn ambacht behoorde. Tijdens grote bouwwerken kwamen steenhouwers en metselaars bijeen in bouwloodsen waar zij vaak jaren achtereen samen leefden. Dit waren de zogenaamde ‘lodges’. Om de kwaliteit van het werk te waarborgen werden tussen de ‘bouwloges’ afspraken gemaakt over plichten, tekens, handgrepen en paswoorden.